als ik bovenop de Dom sta
kijk ik even naar benedenĀ en zie ik mijn stad
met een theepot op de mall
een walvis in de singel
een ufo op een inktpot
een rebus op een stationsmuur
en een verrekijker gericht op de sterrenhemel
waar je zwemt in een hommel
de hogeschool een testbeeld uitzendt
studenten buiten het hof wordt gemaakt
Beatrix het theater runt
en Claus brugwachter is
waar de kerk niet overloopt van intelligentie
men geen zakken vult maar draagt
en als haringen in een tong een hapje eet
waar wittevrouwen en de trans samen een vuist maken
vrouwen smachten in de hunkerbunker
en nieuwe inwoners de nieuwe defensie vormen
waar een waterlinie loopt tussen nieuw en oud
met een eiland tussen kanalen
en de tuin groot genoeg is voor een wijk en een dorp
als ik bovenop de Dom sta
kijk ik even naar beneden en zie ik mijn Utrecht
Mooi LIn